Ingress – Kom mee naar buiten, allemaal!

Toen ik in februari begon aan Ingress, de location based augmented reality game van Google, wist ik niet precies waar ik in stapte.
Ons bedrijf doet veel met Google en het leek mij leuk om de Google-diensten, die ik allemaal min of meer wel kende, eens vanuit een ander perspectief te zien. Vanuit speloogpunt.
Ingress verkeert momenteel in gesloten bètafase. Bètafase betekent dat er nog veel wordt gesleuteld aan het spel en dat er regelmatig dingen veranderen. Gesloten betekent dat je enkel kunt deelnemen als je een uitnodiging (invite) krijgt van iemand die het al speelt. Je zou Ingress “Landjeprik 2.0” kunnen noemen. Het combineert low tech met high tech. Je kunt het enkel spelen met Android (telefoons of tablets) en je moet ervoor op pad. De deur uit, dus. Leuk als je voor je werk vaak langs de weg zit.

Doel van het spel is om portals te veroveren (en linken – te verbinden), die je enkel door je Android-apparaat kunt zien. Een portal kan een monument, kunstobject of andere publiek toegankelijke landmark zijn. Er is heel veel geschreven over Ingress (vooral in het Engels), dus noem ik enkel de minder opvallende zaken:

  1. Beweging. Zoals het een goede kantoortijger betaamt, kan ik best wat meer beweging gebruiken. Bewustwording is het halve werk. Ik heb daarom dagelijks een stappenteller in mijn broekzak zitten, die bijhoudt hoeveel stappen ik loop en hoeveel trappen ik beklim. Het standaarddoel is 10.000 stappen per dag en tijdens een normale werkdag kom ik daar in de verste verte niet aan (gemiddeld 3.000-4.000 stappen voor een gewone kantoordag). Als ik een avondje op pad ga voor Ingress, dan kom ik met gemiddeld 15.000 stappen thuis. Tijdens de eerste dag van de CeBIT ben ik na de beurs nog even Hannover in gegaan om portals te hacken in de stad. Die dag had ik 23.000 stappen!
  2. Contact. Afgelopen zondag heb ik na een rondje Ingress voor het eerst buiten werktijd een kop koffie gedronken met een technische collega. Ik werk al bijna acht jaar met hem en het was hartstikke leuk om samen op pad te zijn! Volgens mij vond hij het ook leuk. Ik merk dat er meer spelers zijn, van wie ik vermoed dat ze normaal niet zo vaak buiten komen. Vorige week maandag hebben we de eerste Cross Faction bijeenkomst gehad, waarbij spelers van beide teams konden kennismaken met elkaar. Het was bijzonder gezellig en inmiddels wordt de volgende bijeenkomst alweer gepland. Google heeft enthousiast alle medewerking toegezegd en alle aanwezigen kregen extra invites om weg te geven. We kunnen zelfs middels een Google+ Hangout Video Chat vragen stellen aan het ontwikkelteam van Niantic – de makers van Ingress!
  3. Samenwerking. Hoewel je Ingress prima alleen kunt spelen, kom je vast te zitten als je geen samenwerking met andere teamgenoten aangaat. Leuk dat Google door gebruik van bepaalde spelelementen de spelers dwingt tot samenwerking. Samen kom je verder.
  4. Hulpmiddelen. Augmented reality is high tech. Alles wat zich in het spel afspeelt, wordt prachtig grafisch weergegeven door je Android-apparaat. Toch zijn bepaalde spelelementen bewust low tech gehouden. Zo moet je fysiek bij elkaar in de buurt zijn om spel-items uit te wisselen. Je kunt geen dingen naar elkaar mailen, maar je moet ze neerleggen (droppen) zodat een teamgenoot ze kan oppakken. Er zijn veel aanvullende (en omstreden) hulpmiddelen om het spel effectiever te kunnen spelen. Zo bestaan er browserplugins, waarmee je de standaardfunctionaliteit van de Intel Map kunt uitbreiden. Ook zijn er apps waarmee je je informatie makkelijker kunt verzamelen. Het is leuk om te zien wat de voornamelijk technisch georiënteerde spelers zelf fabriceren. Ik heb nog nooit zoveel techneuten bij elkaar ontmoet! Ook kent Ingress een levendige Google+ Community. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Twitter, vond ik het altijd een beetje lastig om mijn weg te vinden in Google+, maar door Ingress heb ik het beter leren kennen en gebruik ik Google+ inmiddels dagelijks. Ook de Party Chat mag natuurlijk niet ontbreken. Hiermee kun je Google Talk in groepsverband gebruiken om overleg te voeren met je teamgenoten en zelfs met je tegenstanders.
  5. Powerrr! Als je continu de GPS van je Android-apparaat gebruikt, dan is op de meeste telefoons je batterij binnen een uur leeg. Daarom gebruiken alle spelers een Power Bank, of externe batterij. Sommige batterijen laden op in het stopcontact en andere gebruiken zonne-energie. Ik parkeer mijn auto tegenwoordig op de zon, zodat de Kalhuohfummi achter mijn voorruit kan laden, terwijl ik werk.

Grappig. Als ik terugkijk op de afgelopen CeBIT, dan heb ik alle spelelementen van Ingress vertegenwoordigd gezien op de beurs. Van alle Android-apparaten tot de eindeloze Chinese Power Banks, mobiele telefoonhouders voor op je fiets, tablethouders voor in de auto en videocamera’s in zonnebrillen. Het wachten is nu nog op Google Glass, de (inmiddels ook omstreden) bril van Google die Ingress een impuls zal geven! Of wordt het andersom?